In mijn vorige blog schreef ik over mijn zoektocht naar de ware Lees hier. Hierin vertelde ik hoe de zoektocht naar mijn eerste eigen paard verliep. Als paardenmeisje ben je heel erg druk, maar op den duur ga je toch op zoek naar nóg een ware en dan als partner in de mensenwereld.
Ik had daar natuurlijk al best weleens over na gedacht, want ik realiseer me dat ik een hele veel eisende hobby heb (en daarnaast zelf ook nog een vrij veeleisende dame ben).
Welke man gaat dat begrijpen? De hobby die een eigen paard heet kost een hoop geld; de stalling, dierenarts, hoefsmid en dan nog maar te zwijgen over alle toebehoren voor paard én mijzelf.
Als ik ’s avonds uit mijn werk kom, rijd ik direct door naar stal. Ik ben vaak niet eerder dan 8 uur thuis en dan moet ik dus nog eten en eventueel wat huishoudelijke dingen doen. Om over de weekenden maar te zwijgen. Wedstrijd hier, bosrit daar… Uren spendeer ik bij mijn grote vriend. Elk paardenmeisje kent het wel, goh het is toch stuk kouder/warmer dan verwacht, deken die hij nu op heeft is toch niet zo geschikt… Ja hoor terug naar stal, deken wisselen!
Waar ga ik iemand vinden die dit allemaal leuk vindt? Misschien een voetballer? Maarja dan wordt er vast van mij verwacht dat ik kom aanmoedigen op het voetbalveld… Geen goed idee. Een piloot? Nee die is weer erg veel weg en wil vast volle aandacht op het moment dat hij er wel is. Ook geen goed idee.
Eigenlijk was het heel voor de hand liggend, ik had een paardenman nodig! Iemand die net zo gek is als ik! Bij voorkeur dan ook nog een springruiter, lekker zo’n no nonsenstype.
Ik zag het al helemaal voor me; samen op bosrit, je les of wedstrijd gewoon kunnen bespreken zonder dat er met enorme vraagtekens werd gekeken, geen discussie over geld wat richting paard verdween. Ideaal!
En het is me gelukt, ik heb mijn paardenman, mijn springruiter. Iemand die zelfs beroepsmatig met paarden bezig is. Maar is het allemaal zo ideaal als ik me had voorgesteld?
Zoals gezegd ik ben een paardenmeisje en ik ben druk, dus ja er liggen weleens wat verdwaalde strootjes in mijn huis. Mijn auto is boven alles een functioneel attribuut dus daarin worden zakken voer, dekens en dekjes vervoerd. Er liggen weleens op een krant in de keuken peeskappen te drogen die net gewassen zijn. Hoort er allemaal bij.
Het samenwonen met een paardenman heeft dit tot een heel nieuwe dimensie verheven… Je moet je voorstellen dat ik dit alles nu in tweevoud, wat zeg ik zelfs drievoud, heb. Nóg meer dekjes om te wassen, nóg meer strootjes in huis. Dit alles is nog enigszins te overzien.
Ondanks dat ik een hoop tolereer, wil ik wel gewoon graag een schoon en leefbaar huis. Ik hoef niet in een paardenstal te wonen.
Mijn meneer de paardenman heeft hier iets minder boodschap aan helaas. Regelmatig tref ik extreem beblubberde schoenen aan in het kleine halletje, gevolgd door een spoor van zaagsel de huiskamer in of de trap op. Onlangs werd mijn kookpunt bereikt. Er lag een berg dekens, dekjes, kappen, een hoofdstel en halster midden in de woonkamer… De reden? De auto moest even leeg. Vloekend en tierend heb ik alles beetgepakt en buiten in de tuin gesmeten. Stofzuiger werd weer uit de kast getrokken en daar ging ik weer. Al zuigend en dweilend stond ik me te bedenken wat er ook weer zo geniaal was aan mijn idee om met een paardenman te gaan. Bovendien is hij vaak nog drukker met de paarden dan ik!
Maar eerlijk is eerlijk, ondanks alle zooi en de late avonden heeft hij nog nooit gezeurd dat ik te lang of te vaak bij mijn paard ben. Hij zucht een keer als ik met een nieuw dekje aankom, maar is dat spontaan weer vergeten als hij ziet dat ik voor hem ook iets heb meegenomen uit de ruitershop. We kijken bij elkaars les, helpen elkaar op wedstrijd en sjezen met enige regelmaat door het bos of over het strand. Hij snapt me als ik me zorgen maak om me paard en steunt me hierin. Als we naar een andere auto op zoek gaan, kijken we eerst of deze wel een trailer kan trekken en voldoende kofferbakruimte heeft. Hij springt met mijn ongekend gestoorde dressuurpaard en ik probeer zijn springpaarden dressuurmatig een beetje bij te houden.
Ik vloek en tier af en toe nog steeds flink als er weer een stapel vieze dekjes in de gang ligt, maar als ik dan de volgende dag samen met mijn twee mannen door het bos galoppeer ben ik het gelukkigste paardenmeisje op aarde!