Heb je vaak met paarden te maken of heb je een eigen paard? Vroeg of laat hoor je over een maagzweer bij paarden. Niets om je voor te schamen of schuldig over te voelen, zeer zelden heeft een maagzweer bij een paard met slechte verzorging te maken. Het is zelfs zo dat maar liefst 90 procent van de paarden in de racesport op enig moment in meer of mindere mate met een maagzweer te maken krijgt. Bij vrijetijdspaarden heeft zo’n 37 procent van de paarden wel eens last van een maagzweer. Omdat een maagzweer bij paarden zo vaak voorkomt, is het belangrijk om te weten wat het is, hoe je herkent of je paard een maagzweer heeft en vooral wat je eraan kunt doen.
Wat is een maagzweer?
De maag van een paard is bedekt met een slijmvlieslaag. Deze slijmvlieslaag heeft als doel de maag te beschermen tegen schadelijke en prikkelende stoffen in eten en drinken. In het onderste deel van een maag van het paard wordt maagzuur aangemaakt. De slijmvlieslaag is hier anders samengesteld en beter bestand tegen maagzuur dan de bovenste helft van de maag. In tegenstelling tot in de natuur, waar een paard ervoor zorgt dat er altijd een beetje voedsel in de maag zit, komt het bij een gehouden paard voor dat er te weinig vezelrijk en energiearm voedsel in de maag zit. Dit heeft overigens niets te maken met het goed doorvoeren van het dier, maar de zuurtegraad wordt niet voldoende geneutraliseerd door de aanwezigheid van voer en speeksel in de maag. Er is te weinig een constante hoeveelheid vezelrijk en energiearm voedsel in de maag van het paard, waardoor speeksel niet zijn werk kan doen. Het kan ook dat er een fikse hoeveelheid krachtvoer wordt gegeten, waardoor de zuurtegraad van het maagzuur stijgt en de slijmvlieslaag kan worden aangetast met een maagzweer als gevolg.
Hoe een maagzweer bij een paard herkennen
Het is niet altijd even eenvoudig een ziekte of onderliggende aandoening bij een paard te herkennen. Het ene paard is het andere niet en het kan zomaar zijn dat je aan je paard pas iets merkt als het al heel hevig is. Dit is voor het herkennen van een maagzweer niet anders. Het kan het type zijn dat al heel snel ziekteverschijnselen vertoont, maar ook het slag paard zijn dat eerst neer moet vallen voordat het aangeeft dat er iets aan de hand is. Voor een waterdichte diagnose zal een dierenarts onderzoek moeten verrichten. Dit zal gebeuren door het verrichten van een endoscopie. Hierbij zal de dierenarts een slang met een lampje en camera via de neus in de maag brengen. Zo kan uitgesloten worden of er al dan niet sprake is van een of meerdere maagzweren. Toch zijn er enkele typische symptomen die de alarmbellen met betrekking tot een maagzweer kunnen doen laten rinkelen:
- Ineens niet meer of minder (graag) eten
- Veel knoeien met krachtvoer
- Knarsetanden
- Veel met lippen of tong bewegen
- Vaak geeuwen
- Pijnprikkel bij aanraking van de buik of wanneer je het dier aansingelt
- Op koliek lijkende klachten die vooral direct na het eten van krachtvoer
ontstaan - Een doffe, rommelige vacht
- Suf en lusteloos
- Minder uithoudingsvermogen dan normaal
- Langer herstel dan normaal na inspanning
- Chronische diarree
- Opvallend gewichtsverlies
- Opvallende verandering van gedrag
Het symptoom met betrekking tot vage koliek klachten vereist wel enige aandacht. Vermoed je namelijk koliek, is het vrij logisch wanneer je je paard even geen voer geeft. Is er toch sprake van een maagzweer en geen koliek, is het juist beter om wel te voeren in de hoop daarmee het maagzuur te neutraliseren en het geïrriteerde maagslijmvlies te ontzien. Bij enig vermoeden van één van beide doe je er goed aan de dierenarts te raadplegen.
Is er sprake van een maagzweer of een vermoeden hiervan? Het is dan belangrijk om gelijk te handelen. Het dier komt zonder behandeling in een vicieuze cirkel, waar het door het niet fit voelen niet of weinig zal eten en door het weinige eten nog meer maagzuur zal ontwikkelen.
De behandeling
Is er een maagzweer bij je paard vastgesteld, is het zaak dat er een behandeling wordt opgestart. In eerste instantie moet het maagslijmvlies rust krijgen door het neutraliseren van het maagzuur. De dierenarts zal hiervoor een maagzuurremmer voorschrijven. Nog belangrijker dan het genezen van deze vervelende en pijnlijke maagaandoening is het voorkomen ervan.
De risicofactoren voor een maagzweer
Net als bij mensen is het ene paard nu eenmaal gevoeliger voor bepaalde ziektes en aandoeningen dan het andere paard. Er zijn enkele risicofactoren die de kans op een maagzweer verhogen, namelijk:
- Ruwvoer: Maagzuur moet zoveel mogelijk geneutraliseerd worden om irritatie aan het maagslijmvlies te voorkomen. Speekselaanmaak speelt hier een belangrijke rol bij. Door een paard onbeperkt ruwvoer aan te bieden wordt speekselaanmaak gestimuleerd en maagzuur meer geneutraliseerd.
- Teveel krachtvoer: Dit zorgt voor een verminderde speekselaanmaak omdat het paard weinig hoeft te kauwen. Hoe meer er gekauwd wordt, hoe meer speeksel er aangemaakt wordt en hoe lager de zuurgraad van het maagzuur is.
- Stress: Een paard met stress heeft een gevoelige maag. De maagwand zal sneller beschadigd worden door maagzuur.
- Te zwaar trainen: Bij een intensieve training trekt de maag veel samen en zal maagzuur uit de beter beschermde onderste helft van de maag naar boven gedrukt worden en daar mogelijk het wat zwakkere maagslijmvlies aantasten.
- Medicijnen: Net als bij mensen kunnen sommige medicijnen een aanslag zijn op het maagslijmvlies, zoals corticosteroïden.
Maagzweren bij paarden voorkomen
Zoals eerder vermeld, helpt de aanmaak van speeksel bij het neutraliseren van maagzuur. Speeksel wordt aangemaakt door te kauwen en daarom is het van belang dat een paard 24 uur per dag van ruwvoer, zoals hooi, gras en kuilgras, kan eten. Heeft je paard de neiging om te dik te worden? Er is ook een energiearme versie. Bij sportpaarden mag dit aangevuld worden met krachtvoer, bij voorkeur met een laag suiker- en zetmeelgehalte en olie als energiebron.